Levensbeelden van de heiligen en zaligen


6 juni
Heilige Norbertus van Xanten, stichter van de orde, aartsbisschop,
* rond 1080, † 6 juni 1134

Norbertus uit het geslacht van de Heren van Gennep was kanunnik aan de kollegiaatskerk Sint-Victor in Xanten. Hij ontving het subdiakonaat, zonder zich serieus om een leven als kanunnik te bemoeien. Rond 1108-1109 vinden we hem als hofkapelaan bij aartsbisschop Frederik van Keulen en voor 1110 bij keizer Hendrik V, die hij naar Rome begeleidde, waar onlusten woedden vanwege de investituur. Op 28 mei 1115 werd hij - volgens een bericht van de Vita B - bij een rit naar Vreden tijdens een onweer door een bliksem van het paaard geworpen en voltrok een radikale bekering. Met een grote liefde tot Christus vervuld, verschreef hij zich helemaal aan de Gregoriaanse kerkvernieuwing, die toestuurde op een vernieuwing van de vita apostolica. Daarom liet hij zich in december 1115 op eenzelfde dag tot diaken en priester wijden en was daarna als rondtrekkend prediger onderweg. Het verlof hiervoor gaf hem paus Gelasius II in 1118 in het klooster St. Gilles. Op wens van paus Callixtus II en met ondersteuning van bisschop Bartholomeus van Laon legde Norbertus samen met enkele begeleiders door professie op kerstdag 1121 het fundament van de orde van Prémontré, die zich spoedig in heel Europa uitbreidde. Ze beloofden volgens de wijze en de aard van de apostelen en ook volgens de regel van Augustinus te leven. Als habijt koos Norbertus ongeverfde wol boven het zwarte kloosterkleed - hij wilde dat zijn volgelingen zoals de engelen bij het graf van Jesus Christus getuigen van de verijssenis zouden zijn. De viering van de Mis stond in het centrum van de dag, daartoe pleegde de stichtergeneratie een diepe verering van de Moeder-Gods Maria, die ze tot patrones van de eerste kerk kozen. Naast de kanunniken leefden in Prémontré ook veel lekenbroeders en -zusters, die in het hospitie arme en bedevaarders opnamen. Nadat Norbertus aan prior Hugo van Fosses de leiding van de gemeenschap overgedragen had, trok hij er opnieuw op uit om te prediken en vrienden voor zijn hervormbeweging te verzamelen. Er ontstonden kloosterstichtingen in Antwerpen, Cappenberg, Cuissy, Floreffe, Laon en in andere plaatsen. De nieuwe door Norbertus begonnen orde werd op 16 februari 1126 door paus Honorius II goedgekeurd.
Het jaar 1126 betekende een grote insnede in het leven van de wanderprediger, want hij werd op de rijksdag te Spiers tot aartsbisschop van Maagdenburg benoemd. Op 18 juli 1126 trok Norbertus barvoets en in een boetekleed gehuld in zijn bisschopsstad binnen. Er wachtte veel werk op hem. Er moesten in Maagdenburg misbruiken uitgeroeid en de verkoop van kerkelijke goederen herroepen worden. Zonder aarzelen begon Norbertus aan zijn taak, waarbij de hervorming van de klerus zijn eerste doel was. Hij haalde medebroeders vanuit Prémontré naar Maagdenburg en vertrouwde hen de kerk „Unserer Lieben Frauen“ toe. Daarbij stichtte hij premonstratenzerkloosters in Gottesgnaden en Pöhlde. Als herder van zijn diocees paste hij het ordensleven van zijn medebroeders meer de pastorale opgaven aan als aan het zich terugtrekken uit de wereld zoals in Prémontré. In de slechts acht jaar als bisschop kon hij niet al zijn plannen realiseren. Zo moeiden zich zijn ordensbroeders na zijn dood verder af om de bekering van de Wenden. De laatste jaren van zijn leven waren door politieke aktiviteiten in dienst van de kerk en de keizer bestemd. Hij greep in, om de vrede tussen keizer Lotharius II en paus Innocentius II weer te herstellen. Ook liet hij zich zien als vurig verdediger van paus Innocentius tegen de tegenpaus Anakletus. In het jaar 1132 begeleidde hij als plaatsvervangend aartskanselier van Italie koning Lotharius naar diens kroning tot keizer naar Rome, maar werd op deze reis ziek, waarschijnlijk door malaria. Norbertus kon op Witte-Donderdag noch de heilie Olien zegenen, maar vierde zittend zijn laatste Mis op Pasen. Op 6 juni 1134 stierf de stichter van de premonstratenzerorde in zijn bisschopsstad Maagdenburg. Zijn gebeente werd 1626/1627 uit Maagdenburg naar de abdij Strahov (Praag) overgebracht.

Relikwiën: Strahov/Praag
Bevestiging van de cultus: 28 juli 1582 door Gregorius XIII
Ikonografie: als premonstratenzer en als aartsbisschop, met monstrans, kelk met spin, evangelieboek met olijftak, met Tanchelm of een geboeide duivel aan zijn voete.

God, Gij hebt de heilige Norbertus geroepen, om een bijzondere dienaar van de Kerk te zijn, die de waarde van het bidden heeft erkend en zich ijverig aan de zielzorg heeft gewijd. Op voorspraak van deze heilige bisschop vragen wij, dat Uw gelovigen steeds bij goede herders leiding vinden en het voedsel ontvangen, dat zij nodig hebben. Door onze Heer, Jezus Christus, Uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de Heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen. Amen.