Na een preek van de hl. Norbertus in Cambrai sloot zich Evermodus 1120 de wanderprediger
op noch jeugdige leeftijd aan. Hij werd een van de trouwste leerlingen van Norbertus,
begeleidde hem vermoedelijk naar Antwerpen, later naar Maagdenburg en bleef
zijn reisgenoot tot diens dood. In het 1131 door Norbertus gestichte premonstratenzerklooster
Gottesgnaden in de buurt van Maagdenburg werkte Evermodus eerst als viceproost
en provisor, vanaf 1134 als proost. Vanaf 1138-1154 was hij proost in Maagdenburg
en stichtte vier nieuwe kloosters: Havelberg, Jerichow, Quedlinburg en Pöhlde.
In 1154 wird hem het opnieuw gestichtte bisdom Ratzeburg aanvertrouwd, dat 1066
tijdens de wendenopstand ten onder was gegaan. Met de hulp van een paar medebroeders,
die hij vanuit Maagdenburg meegenomen had, veranderde bisschop Evermodus het
zo juist opgerichtte kapitel van de domkerk in een premonstratenzerkapitel.
Wegens zijn suksesvolle missie onder de doorgaans heidense Wenden wordt hij
ook „Apostel van de Wenden“ en „Licht van Saksen“ genoemd.
Zijn bisdom was goed georganiseerd. In Ratzeburg begon hij rond 1165 met de
bouw van de tegenwoordige domkerk en legde daarmee ook het fundament van de
latere stad. Evermodus stierf oud en uitgeput op 17 februari 1178.
Relikwiën: zijn er niet
Bevestiging van de cultus: 20 maart / 12 april 1728 door Benedictus XIII
Ikonografie: als bisschop, prediker bij de Wenden, met wijwaterkwast en gebroken
ketting, met medebroeders bij het sterfbed van de hl. Norbertus.